Nu de kranten volstaan over Chinezen die Onsch Vlaenderland veroverd hebben - iets met een gele golf of zo? - kunnen we de beslommeringen van het Circus Maximus Politici eindelijk achterwege laten en ons concentreren op diepgaande en, we aarzelen om het te zeggen, belangrijke onderwerpen. Vandaag doen we dat opnieuw door onze loep over De Media te houden en te kijken of we, starend naar de duistere hoekjes en smerige kiertjes, iets kunnen opsteken (naast een paar exotische, maar niettemin onaangename aandoeningen)
De titel valt niet op door nuance, maar die gaan we hopelijk hier en daar nog tegenkomen in het vervolg van dit artikel. Maar laat ons er al direct het volgende over zeggen: er hoeft in se niks mis te zijn met winst. Alleen durft de commerciële ijzeren logica, zeker als zij primeert boven alles, er evenwel voor te zorgen dat 'media' - in al zijn vormen - iets wezenlijk dreigt te verliezen. In de evolutie van winstdenken, efficiëntie en het volkslied 'Money, money, money' raken we zodoende de media die we wilden en misschien zelfs nodig hadden kwijt. Dit gebeurt zelden van dag op dag. Noch is het een totale ommezwaai. Vaak verflauwt het afkooksel met de jaren tot er een steeds kleurlozer soepje overblijft en men door gewenning bijna geen verandering in smaak opmerkt. Het is nog altijd tomatensoep. Maar echt veel tomaten zitten er niet meer in. En dan is het goed dat er iemand de vinger op de etterende wonde van het recept legt.
De titel valt niet op door nuance, maar die gaan we hopelijk hier en daar nog tegenkomen in het vervolg van dit artikel. Maar laat ons er al direct het volgende over zeggen: er hoeft in se niks mis te zijn met winst. Alleen durft de commerciële ijzeren logica, zeker als zij primeert boven alles, er evenwel voor te zorgen dat 'media' - in al zijn vormen - iets wezenlijk dreigt te verliezen. In de evolutie van winstdenken, efficiëntie en het volkslied 'Money, money, money' raken we zodoende de media die we wilden en misschien zelfs nodig hadden kwijt. Dit gebeurt zelden van dag op dag. Noch is het een totale ommezwaai. Vaak verflauwt het afkooksel met de jaren tot er een steeds kleurlozer soepje overblijft en men door gewenning bijna geen verandering in smaak opmerkt. Het is nog altijd tomatensoep. Maar echt veel tomaten zitten er niet meer in. En dan is het goed dat er iemand de vinger op de etterende wonde van het recept legt.
Gebakken lucht
Helaas zijn er wonden genoeg voor de weinige vingers die zich eraan wagen ze te betasten (de patiënt durft namelijk al eens terug te slaan) Vandaag geven we een tribune aan vingerling Nick Davies, een Brits onderzoeksjournalist die het met zijn boek Flat Earth News (in het Nederlands: Gebakken Lucht) waagde het vaak zelfcensurerende gordijn dat opgetrokken wordt als de media zelf bekritiseerd wordt, weg te trekken. Het boek is een interessante aaneenschakelingen van 'platte aarde verhalen' (verhalen die verdraaid, overtrokken of onjuist zijn: vb. millenium bug verhaal) pr en propaganda-invloeden, intrigerende exposities van wat er achter de schermen zoal gebeurt, de teloorgang van onderzoeksjournalistiek via enkele specifieke voorbeelden,...
Naast het boek is er ook een website, www.flatearthnews.net, die vooral achtergrondinformatie en enkele gerelateerde stukken voor geïnteresseerden bevat. Eigenlijk zijn die minder handig zonder het boek zelf, waardoor het dus zeker aan te raden lijkt om het op te snorren in de betere boekhandel, bib of e-bookvorm.
Een belangrijk argument in het onderliggend probleem nl. de degradatie van de kwaliteit van journalisme die hij aankaart is dat dit niet - noodzakelijk - het gevolg is van slechte journalisten, noch van eigenaars met ideologische motieven en dat zelfs reclame-inkomsten (en het dreigen met deze weg te nemen) waarschijnlijk een verwaarloosbaar effect heeft. De belangrijkste reden achter deze achteruitgang is een heel ander beestje: de winst-logica. Omwille van efficiëntie en winstbejag werden journalisten ontslagen en kranten dikker (meer plaats voor advertenties) Het netto-resultaat zorgt ervoor dat journalisten steeds minder tijd hebben waarin ze steeds meer output moeten genereren. Dus minder of geen tijd om artikels uitvoerig na te trekken, contacten te onderhouden en alle andere belangrijke dingen die vroeger zorgden dat een journalist meer kans had om een kwaliteitsvol artikel te schrijven.
Nu zijn er altijd al slechte journalisten geweest. En zullen er ook wel eigenaars zijn die enige ideologie laten doorschemeren in de redactiekamer, maar Davies geeft enkele uitstekende redenen waarom de commerciële logica ervoor gezorgd heeft dat media vaak verworden zijn tot mediafabrieken die de basis van journalisme, het achterhalen van de waarheid, steeds minder genegen zijn. Omwille van dat winstmotief, zijn er volgens Davies verschillende ongeschreven regels die de utopische gedachte van waarheidszoekers dan ook steeds meer tegenwerken.
Rules of the game
1. Publiceer enkel goedkope verhalen. Verhalen die je op korte termijn bijeen kan schrijven en vlugge kopij opbrengen, zijn uiteraard goedkoper dan ingewikkelde dossiers die vragen om verschillende weken opzoekwerk. Wat binnenkomt van een persagentschap is in zo'n klimaat gefundenes fressen. De hapklare brok wordt vaak mits enkele kleine cosmetische aanpassingen in de eigen newsfeed geslingerd. En aangezien persagentschappen zich enkel concentreren op exacte weergave (de quotes van een politiek interview) en niet of iets klopt (kloppen de gegevens wel die in het interview worden aangehaald?) krijg je op die manier veel pr die zomaar kan opduiken in het nieuws.
Een ander slachtoffer van deze kostenlogica is buitenlands nieuws. In vergelijking met binnenlands nieuws is buitenlands nieuws veel duurder. Denk maar al aan het kostenplaatje van een correspondent die je ter plaatse stuurt. Of de extra moeilijkheid om bronnen na te gaan in het buitenland. Als het gaat over krantenkopij verkopen is navelstaarderij (hoe dichter, hoe beter) veel kostenefficiënter.
2. Kies voor veilige feiten. Uitspraken van officiële organen vallen te verkiezen boven gewaagde maar misschien juistere bronnen. Verslaggevers vertrouwen nu eenmaal op de officiële bronnen. Ze hebben websites, woordvoerders in kostuums, uitgekiende persberichten die vlugge kopij opleveren die zonder al te veel gevaar in de krant wordt gezet. De krant geeft zo gewoon weer wat de officiële bron zegt. Als die laatste dan leugenachtig blijkt te zijn, is dat geen boter op het hoofd van de krant. De officiële versie is dus veilig. En dat in tegenstelling tot nieuws die door de officiële bronnen wordt tegengesproken. Als achteraf zou blijken dat de krant het bij het verkeerde einde had, kan ze daarvoor terechtgewezen worden.
3. Pas op, schrikdraad. Davies gebruikt voor deze regel de analogie van boeren die schrikdraad gebruiken om hun koeien op de wei te houden. De schrikdraad zorgt voor no go-zones omdat enkele koeien proefondervindelijk merken dat bepaalde gebieden pijnlijk zijn, waarna ze vanuit zichzelf zich niet meer begeven voorbij die draad (of die nu nog stroom bevat of niet) Een voorbeeld van Davies gaat over de Official Secrets Act, die journalisten en potentiële bronnen/lekken in de UK bedreigt met gevangenisstraffen voor eenieder die betrapt wordt op pogingen om zaken te publiceren die de overheid als geheim beschouwt. In België vinden we op de site Press-justice, een vademecum voor Belgische journalisten dat uitgesproken pleit voor vrijheid van informatie en bronnenbescherming. Al wil dat niet zeggen dat de praktijk even mooi werkt als de theorie of dat er geen andere schrikdraden zijn voor journalisten om zich aan te pijnigen.
Een veelgebruikt voorbeeld dat men in de meeste Westerse media bijvoorbeeld terugvindt, wordt ook door Davies aangehaald.
Helaas zijn er wonden genoeg voor de weinige vingers die zich eraan wagen ze te betasten (de patiënt durft namelijk al eens terug te slaan) Vandaag geven we een tribune aan vingerling Nick Davies, een Brits onderzoeksjournalist die het met zijn boek Flat Earth News (in het Nederlands: Gebakken Lucht) waagde het vaak zelfcensurerende gordijn dat opgetrokken wordt als de media zelf bekritiseerd wordt, weg te trekken. Het boek is een interessante aaneenschakelingen van 'platte aarde verhalen' (verhalen die verdraaid, overtrokken of onjuist zijn: vb. millenium bug verhaal) pr en propaganda-invloeden, intrigerende exposities van wat er achter de schermen zoal gebeurt, de teloorgang van onderzoeksjournalistiek via enkele specifieke voorbeelden,...
Naast het boek is er ook een website, www.flatearthnews.net, die vooral achtergrondinformatie en enkele gerelateerde stukken voor geïnteresseerden bevat. Eigenlijk zijn die minder handig zonder het boek zelf, waardoor het dus zeker aan te raden lijkt om het op te snorren in de betere boekhandel, bib of e-bookvorm.
Een belangrijk argument in het onderliggend probleem nl. de degradatie van de kwaliteit van journalisme die hij aankaart is dat dit niet - noodzakelijk - het gevolg is van slechte journalisten, noch van eigenaars met ideologische motieven en dat zelfs reclame-inkomsten (en het dreigen met deze weg te nemen) waarschijnlijk een verwaarloosbaar effect heeft. De belangrijkste reden achter deze achteruitgang is een heel ander beestje: de winst-logica. Omwille van efficiëntie en winstbejag werden journalisten ontslagen en kranten dikker (meer plaats voor advertenties) Het netto-resultaat zorgt ervoor dat journalisten steeds minder tijd hebben waarin ze steeds meer output moeten genereren. Dus minder of geen tijd om artikels uitvoerig na te trekken, contacten te onderhouden en alle andere belangrijke dingen die vroeger zorgden dat een journalist meer kans had om een kwaliteitsvol artikel te schrijven.
Nu zijn er altijd al slechte journalisten geweest. En zullen er ook wel eigenaars zijn die enige ideologie laten doorschemeren in de redactiekamer, maar Davies geeft enkele uitstekende redenen waarom de commerciële logica ervoor gezorgd heeft dat media vaak verworden zijn tot mediafabrieken die de basis van journalisme, het achterhalen van de waarheid, steeds minder genegen zijn. Omwille van dat winstmotief, zijn er volgens Davies verschillende ongeschreven regels die de utopische gedachte van waarheidszoekers dan ook steeds meer tegenwerken.
Rules of the game
1. Publiceer enkel goedkope verhalen. Verhalen die je op korte termijn bijeen kan schrijven en vlugge kopij opbrengen, zijn uiteraard goedkoper dan ingewikkelde dossiers die vragen om verschillende weken opzoekwerk. Wat binnenkomt van een persagentschap is in zo'n klimaat gefundenes fressen. De hapklare brok wordt vaak mits enkele kleine cosmetische aanpassingen in de eigen newsfeed geslingerd. En aangezien persagentschappen zich enkel concentreren op exacte weergave (de quotes van een politiek interview) en niet of iets klopt (kloppen de gegevens wel die in het interview worden aangehaald?) krijg je op die manier veel pr die zomaar kan opduiken in het nieuws.
Een ander slachtoffer van deze kostenlogica is buitenlands nieuws. In vergelijking met binnenlands nieuws is buitenlands nieuws veel duurder. Denk maar al aan het kostenplaatje van een correspondent die je ter plaatse stuurt. Of de extra moeilijkheid om bronnen na te gaan in het buitenland. Als het gaat over krantenkopij verkopen is navelstaarderij (hoe dichter, hoe beter) veel kostenefficiënter.
2. Kies voor veilige feiten. Uitspraken van officiële organen vallen te verkiezen boven gewaagde maar misschien juistere bronnen. Verslaggevers vertrouwen nu eenmaal op de officiële bronnen. Ze hebben websites, woordvoerders in kostuums, uitgekiende persberichten die vlugge kopij opleveren die zonder al te veel gevaar in de krant wordt gezet. De krant geeft zo gewoon weer wat de officiële bron zegt. Als die laatste dan leugenachtig blijkt te zijn, is dat geen boter op het hoofd van de krant. De officiële versie is dus veilig. En dat in tegenstelling tot nieuws die door de officiële bronnen wordt tegengesproken. Als achteraf zou blijken dat de krant het bij het verkeerde einde had, kan ze daarvoor terechtgewezen worden.
3. Pas op, schrikdraad. Davies gebruikt voor deze regel de analogie van boeren die schrikdraad gebruiken om hun koeien op de wei te houden. De schrikdraad zorgt voor no go-zones omdat enkele koeien proefondervindelijk merken dat bepaalde gebieden pijnlijk zijn, waarna ze vanuit zichzelf zich niet meer begeven voorbij die draad (of die nu nog stroom bevat of niet) Een voorbeeld van Davies gaat over de Official Secrets Act, die journalisten en potentiële bronnen/lekken in de UK bedreigt met gevangenisstraffen voor eenieder die betrapt wordt op pogingen om zaken te publiceren die de overheid als geheim beschouwt. In België vinden we op de site Press-justice, een vademecum voor Belgische journalisten dat uitgesproken pleit voor vrijheid van informatie en bronnenbescherming. Al wil dat niet zeggen dat de praktijk even mooi werkt als de theorie of dat er geen andere schrikdraden zijn voor journalisten om zich aan te pijnigen.
Een veelgebruikt voorbeeld dat men in de meeste Westerse media bijvoorbeeld terugvindt, wordt ook door Davies aangehaald.
Journalisten die stukken schrijven die tegen de politieke overtuiging van de Israëlische lobby ingaan, worden het doelwit van een campagne van formele aanklachten en druk op hun hoofdredacteuren, en bovenal worden ze overstroomd door een vloedgolf aan brieven en mails die extreem vijandig van toon kunnen zijn. Robert Fisk van The Independent heeft te horen gekregen dat zijn moeder de dochter van Adolf Eichmann was, dat hij bij Osama Bin Laden in de hel thuishoort, dat hij een 'haatzaaier' is, een 'extreme antisemiet en protofascistische islamofiele propagandist' en een 'pedofiel'. Nadat John Pilger voor ITV een programma over de Palestijnen had gemaakt, werd hem toegevoegd dat hij een 'duivelse psychopaat' en een 'nazi' was dat het 'geen slecht idee' zou zijn om zijn familie uit te moorden.
Als je de koe maar hard genoeg kan pijnigen, zal ze vanzelf wel wegblijven van de plekken waar je hem liever niet hebben wil. Wegblijven van die Palestijnse verhalen dus...
4. Kies voor veilige ideeën. Dit loopt parallel aan de veilige feiten. Het specifieke is hier dat elke ideologie die mogelijks aanwezig zit in een artikel nooit openlijk wordt geuit maar enkel geïmpliceerd wordt. Of dat als je dan toch voor een idee kiest, dit zoveel mogelijk samenvalt met de maatschappelijke consensus. Dit meegaan met de consensus versterkt het doorlopend verhaal dat zo een volledige scheeftrekking kan teweegbrengen tussen hetgeen gebeurt en het 'ideeënverhaal' dat in de media tevoorschijn komt. Nieuwe feiten die dan niet overeen lijken te komen met de gekende thema's worden in zo'n evolutie onder de mat geschoven. Stel je voor dat je als media moet toegeven dat je al jaren een volledig verkeerde representatie geeft over een bepaald onderwerp. Niet zo goed voor de kassa.
5. Zorg altijd voor hoor en wederhoor. We blijven bij de veiligheid en dit aspect noemt Davies het vangnet van de journalistiek. Als je het nodig acht om iets te publiceren dat niet veilig is, voeg je een aantal quotes toe van de tegenpartij om het hele verhaal 'evenwichtig' te laten overkomen. Hierdoor kan men zich onttrekken aan stellingname en zich verstoppen achter een waas van neutraliteit. Het onthullen van waarheid moet dan het onderspit delven voor 'veiligheid'.
Alle partijen aan het woord laten, zou perfect als eerbaar kunnen worden gezien, ware het niet dat het er nu op gericht is om het spel veilig te spelen bij het publiceren van een artikel. Of dat wederwoord nu propaganda of onjuistheden bevat. Better safe than broke.
6.Vertel wat ze willen horen en wat ze willen geloven. Gaat verder op de veilige ideeën maar kiest er nog pro-actiever voor om het lezerspubliek de brood en spelen te geven waar het naar verlangt. De consument wordt zo onrechtstreeks degene die de redactionele keuzes maakt over wat belangrijk is. Het zorgt voor riooljournalistiek, kranten die volstaan met de laatste nieuwtjes over de 'sterren', nieuwsredacteurs die ernaar streven om als het kan wat smeuige seks in hun kopij te krijgen. Zoals Jim 'Mad Dog' Murray's memo (nieuwsredacteur van het tabloid The Sunday Express) het stelde (een memo die ook in Flat Earth News stond)
4. Kies voor veilige ideeën. Dit loopt parallel aan de veilige feiten. Het specifieke is hier dat elke ideologie die mogelijks aanwezig zit in een artikel nooit openlijk wordt geuit maar enkel geïmpliceerd wordt. Of dat als je dan toch voor een idee kiest, dit zoveel mogelijk samenvalt met de maatschappelijke consensus. Dit meegaan met de consensus versterkt het doorlopend verhaal dat zo een volledige scheeftrekking kan teweegbrengen tussen hetgeen gebeurt en het 'ideeënverhaal' dat in de media tevoorschijn komt. Nieuwe feiten die dan niet overeen lijken te komen met de gekende thema's worden in zo'n evolutie onder de mat geschoven. Stel je voor dat je als media moet toegeven dat je al jaren een volledig verkeerde representatie geeft over een bepaald onderwerp. Niet zo goed voor de kassa.
5. Zorg altijd voor hoor en wederhoor. We blijven bij de veiligheid en dit aspect noemt Davies het vangnet van de journalistiek. Als je het nodig acht om iets te publiceren dat niet veilig is, voeg je een aantal quotes toe van de tegenpartij om het hele verhaal 'evenwichtig' te laten overkomen. Hierdoor kan men zich onttrekken aan stellingname en zich verstoppen achter een waas van neutraliteit. Het onthullen van waarheid moet dan het onderspit delven voor 'veiligheid'.
Alle partijen aan het woord laten, zou perfect als eerbaar kunnen worden gezien, ware het niet dat het er nu op gericht is om het spel veilig te spelen bij het publiceren van een artikel. Of dat wederwoord nu propaganda of onjuistheden bevat. Better safe than broke.
6.Vertel wat ze willen horen en wat ze willen geloven. Gaat verder op de veilige ideeën maar kiest er nog pro-actiever voor om het lezerspubliek de brood en spelen te geven waar het naar verlangt. De consument wordt zo onrechtstreeks degene die de redactionele keuzes maakt over wat belangrijk is. Het zorgt voor riooljournalistiek, kranten die volstaan met de laatste nieuwtjes over de 'sterren', nieuwsredacteurs die ernaar streven om als het kan wat smeuige seks in hun kopij te krijgen. Zoals Jim 'Mad Dog' Murray's memo (nieuwsredacteur van het tabloid The Sunday Express) het stelde (een memo die ook in Flat Earth News stond)
We streven ernaar elke week zes seksverhalen te brengen. In het ideale geval zouden we ook een affaire rond een minister moeten hebben. Seks en schandalen op het hoogste maatschappelijke niveau (red. zie in België het torenpoepsterverhaal of Leterme en de smsjes) verkopen altijd heel goed, maar dat soort verhalen is berucht moeilijk te achterhalen. We moeten voortdurend voor reuring zorgen. De lezers moeten boos worden: de ontstellend slechte toestand van de spoorwegen, de verloedering van de gezondheidszorg, het probleem van tienerzwangerschappen, het onvermogen van bureaucraten om dingen goed te regelen, enz. enz.
Of zoals een ervaren journalist van een freelancebureau hetzelfde probleem verwoordde:
Als het over asielzoekers gaat, weet ik gewoon dat er over dat onderwerp een onuitgesproken consensus bestaat. Geen enkel riool- of boulevardblad zal met een positief verhaal over een asielzoeker komen. Wij weten dat, we weten wat ze willen. En daar voel ik me ook niet schuldig over. Ik moet ook mijn brood verdienen, dus ik geef ze wat ze willen. We besteden geen tijd en moeite aan iets waarvan we weten dat we er toch geen geld voor krijgen.
7. Ga mee in morele ontreddering. Als de crisistijd daar is, ga je zoals hierboven al aangekaart mee met wat mensen willen lezen, maar zo'n crisis wordt door media aangegrepen voor een versterking. Waardoor ze volgens Davies de mensen een verhevigde versie van hun eigen emotionele toestand in de grofst denkbare vorm proberen verkopen. De feiten dienen zich aan te passen aan de gevoelens. En waag het niet om hiervoor te passen als journalist. De banbliksems zullen vlug uw deel zijn. Denk hierbij aan sterfgevallen als ultiem voorbeeld. Prinses Diana, Johannes Paulus II, Jean-Luc Dehaene,... Op zo'n moment moet het journalistieke waarheidswerk volledig plaatsruimen voor het emo-verhaal. Of zoals Davies beschrijft over de dood van Johannes Paulus II.
Alle mediabedrijven presenteerden het christelijk geloof zonder enige kanttekening als een feit. VEILIG IN DE HEMEL luidde de kop op de voorpagina van The Mail on Sunday. Volgens The Sunday Telegraph had de paus een 'verborgen kracht die je als mens dichter bij Christus brengt'. En alle kranten drukten gretig de laatste woorden van de stervende paus af, ook al waren die overduidelijk fictief en afkomstig van de pr-afdeling van het Vaticaan.
8. Het Ninja Turtle-syndroom. De regel met de leukste naam. De naam verwijst volgens Davies naar het fenomeen van ouders die hun kinderen niet naar bepaalde ongeschikte tv-programma's zoals de Teenage Mutant Ninja Turtles wilden laten kijken, maar dan geconfronteerd werden met schoolvriendjes die dit wel deden waardoor hun kinderen buitenbeentjes werden op school. En ze dus toch toegaven.
Vertaald naar de nieuwsomgeving stelt deze regel dat de media kiest om verhalen te publiceren die elders al vaak gepubliceerd zijn, of ze nu sterk zijn of niet. Het iedereen-springt-in-de-Schelde-syndroom. Als iedereen een bepaalde invalshoek brengt, zijn er bepaalde krachten die het extra moeilijk maken om tegen die stroom in te gaan. Dat wil niet zeggen dat het nooit gebeurt. Maar vaker zullen de kranten meegaan met de stroom.
Communicerende vaten
Een ander belangrijke evolutie die Davies aankaartte is de steeds groeiende macht van pr-bedrijven en instellingen om hun content in de media te krijgen. Nu er omwille van een steeds kleinere groep journalisten met minder middelen, grotere vereisten én bovenstaande 'regels', minder gelegenheid is voor kritische beslommeringen, is het alsof de filters van de media verstopt zitten en alle bagger zomaar in het maatschappelijk informatiezwembad mag gegoten worden.
Proeven die werden uitgevoerd door Davies in samenwerking met de universiteit van Cardiff toonden aan dat de hoeveelheid content die door journalisten zelf werden geproduceerd ongelooflijk laag lag (slechts twaalf procent!) In een blog op de Guardian haalt hij deze cijfers nog eens aan en waarom deze alarmerend zijn voor de staat van journalisme.
Dit gegeven hoeft niet noodzakelijk op het conto geschreven te worden van de journalisten zelf (of toch niet in algemene zin) maar is, betoogt Davies, eerder structureel van aard. Als de hoeveelheid journalisten steeds daalt en de hoeveelheid pr-mensen steeds stijgt, hoeft het niet te verwonderen dat zo'n kant-en-klare aangereikte kopij soms klakkeloos, een enkele keer slechts cosmetisch aangepast, in de media verschijnt. Dit fenomeen van communicerende vaten is iets om bij stil te staan. De middelen lijken steeds meer te verschuiven van de media naar de instituten, bedrijven en andere belanghebbenden. Waardoor de journalisten enkel verwerken wat binnenkomt en niet meer zelf achter de bronnen kunnen gaan. Bronnen, die nu mooi kunnen aangeboden worden voor de journalist door de behulpzame public relations mensen. Het is alsof je de fundering van de vierde zuil die de media zou moeten zijn, stuk voor stuk weghaalt, tot het hele bouwwerk verzandt in wat gemorrel in de marge en een doorgeefluik-taak. Een lay-out hier, een esthetische verwoording daar, hopen dat de vrienden van de pr genoeg 'verse content' aanreiken en hopsakee, le nouveau journal est arrivé.
Er staat nog veel meer in het boek van Davies; zeker de concrete voorbeelden zijn het lezen waard. Maar nog eens, rep u vooral naar de betere boekhandel, bibliotheek of ebook-site. Eindigen van dit stuk over het belangrijke werk van Davies (maar niet dit artikel) doen we met de man zelf in onderstaande video die over hetzelfde onderwerp uitvoerig praat.
(ps: Churnalism)
Vertaald naar de nieuwsomgeving stelt deze regel dat de media kiest om verhalen te publiceren die elders al vaak gepubliceerd zijn, of ze nu sterk zijn of niet. Het iedereen-springt-in-de-Schelde-syndroom. Als iedereen een bepaalde invalshoek brengt, zijn er bepaalde krachten die het extra moeilijk maken om tegen die stroom in te gaan. Dat wil niet zeggen dat het nooit gebeurt. Maar vaker zullen de kranten meegaan met de stroom.
Communicerende vaten
Een ander belangrijke evolutie die Davies aankaartte is de steeds groeiende macht van pr-bedrijven en instellingen om hun content in de media te krijgen. Nu er omwille van een steeds kleinere groep journalisten met minder middelen, grotere vereisten én bovenstaande 'regels', minder gelegenheid is voor kritische beslommeringen, is het alsof de filters van de media verstopt zitten en alle bagger zomaar in het maatschappelijk informatiezwembad mag gegoten worden.
Proeven die werden uitgevoerd door Davies in samenwerking met de universiteit van Cardiff toonden aan dat de hoeveelheid content die door journalisten zelf werden geproduceerd ongelooflijk laag lag (slechts twaalf procent!) In een blog op de Guardian haalt hij deze cijfers nog eens aan en waarom deze alarmerend zijn voor de staat van journalisme.
Dit gegeven hoeft niet noodzakelijk op het conto geschreven te worden van de journalisten zelf (of toch niet in algemene zin) maar is, betoogt Davies, eerder structureel van aard. Als de hoeveelheid journalisten steeds daalt en de hoeveelheid pr-mensen steeds stijgt, hoeft het niet te verwonderen dat zo'n kant-en-klare aangereikte kopij soms klakkeloos, een enkele keer slechts cosmetisch aangepast, in de media verschijnt. Dit fenomeen van communicerende vaten is iets om bij stil te staan. De middelen lijken steeds meer te verschuiven van de media naar de instituten, bedrijven en andere belanghebbenden. Waardoor de journalisten enkel verwerken wat binnenkomt en niet meer zelf achter de bronnen kunnen gaan. Bronnen, die nu mooi kunnen aangeboden worden voor de journalist door de behulpzame public relations mensen. Het is alsof je de fundering van de vierde zuil die de media zou moeten zijn, stuk voor stuk weghaalt, tot het hele bouwwerk verzandt in wat gemorrel in de marge en een doorgeefluik-taak. Een lay-out hier, een esthetische verwoording daar, hopen dat de vrienden van de pr genoeg 'verse content' aanreiken en hopsakee, le nouveau journal est arrivé.
Er staat nog veel meer in het boek van Davies; zeker de concrete voorbeelden zijn het lezen waard. Maar nog eens, rep u vooral naar de betere boekhandel, bibliotheek of ebook-site. Eindigen van dit stuk over het belangrijke werk van Davies (maar niet dit artikel) doen we met de man zelf in onderstaande video die over hetzelfde onderwerp uitvoerig praat.
(ps: Churnalism)
Het volgende slachtoffer
Davies sprak in zijn boek voornamelijk over de 'klassieke' media nl. kranten, broadcast, radio,... Maar sinds enkele decennia is het medium internet een nieuwe en belangrijke maatschappelijke factor geworden. De evolutie van dat internet is op relatief korte tijd heel hard gegaan en ook hier komen we aan bij een kantelmoment waar de winstlogica de utopie dreigt te verdringen. De vraag van één miljoen: Wat is één van de belangrijkste eigenschappen die momenteel ingebakken zit in het internet? Iets waar bijna niemand bij stilstaat?
Deze netneutraliteit was allemaal goed en wel in de begindagen van het internet toen foto's openen nog leek op een soort striptease waarbij je sluier per sluier hoopte vergast te worden op een volledig beeld, maar nu de mediakoek steeds meer gedopt wordt in de koffie van het internet, willen de internetproviders maar al te graag meeslurpen van het rijk, zwart goedje. Redenen die ze aanhalen klinken logisch en volstrekt te begrijpen volgens de commerciële winstlogica (bv. grotere kosten om voor meer bandbreedte te zorgen) maar zetten tegelijk de deur open naar een scheefgetrokken internet waarbij nieuwe spelers, kleine alternatieve media, frisse ideeën die aan de poten willen zagen van gevestigde waarden gediscrimineerd zullen worden en het hele geldmonopolyverhaaltje dat de media corrumpeerde ook de digitiale wereld binnendringt.
De nieuwe gatekeepers
Het hoeft geen betoog dat een internet met twee snelheden al gauw hetzelfde resultaat zal geven dat we zien in de andere mediasectoren. Steeds minder spelers die meer en meer content in handen hebben en voor het gros van de mensen de enige bron worden van informatie. Iets wat we hier al vaak aanklaagden. Internet zou een soort broadcast-internet kunnen worden, waarbij iedereen die snel internet wil (en wie wil dit niet?) zich zal beroepen op de grote mediabedrijven die zullen bepalen wat de toegeleverde content nog kan zijn. De website io9.com postte recent een blog dat dit mogelijk gevaar aankaartte: The Internet Is About to Become Worse Than Television.
Het hoeft geen betoog dat een internet met twee snelheden al gauw hetzelfde resultaat zal geven dat we zien in de andere mediasectoren. Steeds minder spelers die meer en meer content in handen hebben en voor het gros van de mensen de enige bron worden van informatie. Iets wat we hier al vaak aanklaagden. Internet zou een soort broadcast-internet kunnen worden, waarbij iedereen die snel internet wil (en wie wil dit niet?) zich zal beroepen op de grote mediabedrijven die zullen bepalen wat de toegeleverde content nog kan zijn. De website io9.com postte recent een blog dat dit mogelijk gevaar aankaartte: The Internet Is About to Become Worse Than Television.
Het mooie aan het internet was net dat het ieders net was. Ok, iedereen die geld genoeg heeft om er op te geraken wat in onze wereld enigzins beperkt is. Maar ondanks die scheeftrekking, die diepere wortels heeft dan een internetaansluiting, is er momenteel niemand die kan tegengewerkt worden om een alternatief aan te bieden. Of dat nu een app is, een nieuwsbericht of een internetwinkel. Er zijn nog altijd kosten aan verbonden, je moet nog altijd manieren vinden om je 'ding' te marketen, maar éénmaal mensen je product goed vinden en weten staan, kunnen ze er even snel bij geraken dan bij de Goliaths van deze wereld. Dit aspect zorgt ervoor dat men met gelijke wapens kan strijden en geeft ruimte aan echte innovatie die niet afhangt van enkele sleutelbedrijven die bepalen wie door de poort mag gaan.
Officieel is er enkel in Chili en Nederland voorlopig wetgeving die netneutraliteit zou waarborgen, maar de grote bedrijven zijn al een tijdje aan het lobbyen om openingen te maken voor uitbreiding. Wees er dus maar zeker van dat zo'n verdere trend om die netneutraliteit te onderschrijven als een maatschappelijk goed, niet over een leien dakje zal lopen. Wie geld ruikt, kan bergen verzetten. Zoals ze dat ook al deden met het auteurs en patentrecht als het hen goed uitkwam. Meritocratie heet dat dan. Zij willen meer, omdat ze vinden dat ze het verdienen. En gaandeweg graast deze wilde horde hun omgeving kaal van alle kwaliteit en elke zielskracht. Want wie geeft er nu om kwaliteit, als het niet genoeg opbrengt? Of nog erger. Als iemand anders het dreigt te leveren...
Officieel is er enkel in Chili en Nederland voorlopig wetgeving die netneutraliteit zou waarborgen, maar de grote bedrijven zijn al een tijdje aan het lobbyen om openingen te maken voor uitbreiding. Wees er dus maar zeker van dat zo'n verdere trend om die netneutraliteit te onderschrijven als een maatschappelijk goed, niet over een leien dakje zal lopen. Wie geld ruikt, kan bergen verzetten. Zoals ze dat ook al deden met het auteurs en patentrecht als het hen goed uitkwam. Meritocratie heet dat dan. Zij willen meer, omdat ze vinden dat ze het verdienen. En gaandeweg graast deze wilde horde hun omgeving kaal van alle kwaliteit en elke zielskracht. Want wie geeft er nu om kwaliteit, als het niet genoeg opbrengt? Of nog erger. Als iemand anders het dreigt te leveren...
Extra:
http://boingboing.net/2014/04/23/fcc-planning-new-internet-rule.html
http://money.cnn.com/2014/04/23/technology/open-internet/index.html
http://boingboing.net/2014/04/23/fcc-planning-new-internet-rule.html
http://money.cnn.com/2014/04/23/technology/open-internet/index.html